Meer dan intelligentie?!
Algemene intelligentie bestaat uit meerdere facetten (vloeiende/gekristalliseerde intelligentie, geheugen, informatieverwerking…), zoals ook beschreven in het CHC-model van intelligentie en tevens de basis voor de meest recente Wechsler intelligentietest (WISC-V). Wanneer we naar de normaalverdeling van intelligentie kijken (Gauss-curve, zie figuur) dan worden intelligentiescores tussen 85 en 115 omschreven als gemiddelde capaciteiten. Een resultaat boven de 130 stemt overeen met ‘zeer begaafde capaciteiten’ en gebruikt men geregeld als grens voor de vaststelling van hoogbegaafdheid. Echter is een intelligentiecijfer (bv. >130) onvoldoende om hoogbegaafdheid vast te stellen of uit te sluiten. Hoogbegaafdheid is immers meer dan louter een cognitief luik. De mate waarin het ‘hoogbegaafd potentieel’ omgezet wordt in prestaties of vaardigheden is mede afhankelijk van persoonsgebonden factoren (bv. temperament, motivatie) en omgevingsfactoren (bv. gezinsklimaat/opvoeding, schools aanbod). Prestaties op een intelligentietest zijn voorts een momentopname en onderhevig aan externe factoren zoals een verminderd welbevinden bij het individu, vermoeidheid enz.
Figuur. Gauss-curve van intelligentie
Door hun uitzonderlijke kenmerken is de leefwereld van hoogbegaafde individuen opmerkelijk verschillend van deze van niet-hoogbegaafde individuen (bv. andere interesses, andere manier van denken). Net zoals er bij een verstandelijke beperking bijvoorbeeld sprake is van een verminderd inzicht in de beleving van anderen, in wat anderen van hen verwachten of in hoe de wereld in elkaar zit, lijkt er bij hoogbegaafde individuen dan weer sprake te zijn van een verhoogd inzicht/bewustzijn. Het is belangrijk om naast de intelligentie/het cognitieve luik ook met dit zijnsluik rekening te houden.
Hoogbegaafd zijn
In de (klinische) praktijk wordt vastgesteld dat het (sociaal-emotioneel) functioneren van hoogbegaafde kinderen/jongeren verschillend kan zijn van dit van leeftijdsgenoten. Zo kan er sprake zijn van een sterk rechtvaardigheidsgevoel, belang hechten aan regels/afspraken, een kritische instelling, een uitgesproken gevoeligheid en/of wordt de lat voor zichzelf vaak hoog gelegd. Hoewel dit ‘anders zijn’ zeker niet opvallend is bij alle hoogbegaafde individuen, kan het wel een weerslag hebben op sociale relaties, zelfbeeld, emotioneel welbevinden, prestaties enz. Daarnaast wordt vaak niet voldaan aan de specifieke ontwikkelingsbehoeften van hoogbegaafde individuen (bv. aangepast schools aanbod), wat eveneens een grote impact kan hebben op zowel het huidig als later functioneren.
Garantie op succes?
Zoals eerder aangehaald, bestaat er geen rechtlijnig verband tussen hoogbegaafd zijn en uitzonderlijke prestaties of competenties. De mate waarin hoogbegaafdheid gepaard gaat met succes, zal mede afhangen van: 1) de mate waarin voldaan wordt aan de specifieke ontwikkelingsbehoeften, en 2) de mate waarin het hoogbegaafd individu zich begrepen voelt in zijn ‘anders zijn’. Indien dit niet het geval is, kan hoogbegaafdheid aanleiding geven tot sociaal-emotionele moeilijkheden (bv. (faal-)angst, piekeren/zich zorgen maken, gebrek aan aansluiting bij vriendjes) en/of prestaties die niet in lijn liggen met het hoogbegaafd potentieel. Mythes omtrent hoogbegaafdheid
Professor Kieboom vertelt over het versterkt bewustzijn en de gevolgen daarvan bij hoogbegaafdheid.
Het zijnsluik van hoogbegaafdheid specifieker bekeken.
Eli getuigt hoe het voor hem is om hoogbegaafd te zijn.