Differentiaaldiagnostiek

 

Er is in de praktijk vaak overlap tussen kenmerken van hoogbegaafdheid en kenmerken van stoornissen zoals omschreven in bv. de DSM-5 (ontwikkelingsstoornis, gedragsstoornis, angst-/stemmingsstoornis…; APA, 2013). Zo kan er sprake zijn van onoplettendheid of dagdromen, sociale moeilijkheden, intense interesses… Voorts compenseren hoogbegaafde individuen soms bepaalde moeilijkheden. Dit bemoeilijkt zowel de vaststelling van hoogbegaafdheid als de diagnose van bovengenoemde stoornissen. Om tot een correcte vaststelling of diagnose te komen is het van belang rekening te houden met de onderliggende oorzaak van de gedragskenmerken alsook de context waarbinnen het gedrag zich voordoet.

Daarnaast is het niet altijd een keuze tussen hoogbegaafdheid of een psychische stoornis, maar kunnen beide ook samen voorkomen. Net zoals bij de algemene bevolking, kan er bij hoogbegaafde individuen sprake zijn van ASS, ADHD, een leerstoornis, angsten… Omdat hoogbegaafdheid doorgaans geassocieerd wordt met (uitsluitend) sterktes, wordt dit samen voorkomen van sterktes en kwetsbaarheden onvoldoende gesignaleerd. Gezien de uitingsvorm van deze stoornissen ook anders kan zijn bij hoogbegaafde individuen, brengt dit belangrijke implicaties met zich mee.

Gedragskenmerken op een goede manier classificeren biedt de basis voor verdere hulpverlening. Het is dus van uitermate groot belang om hoogbegaafdheid als dusdanig te herkennen. Dit vereist kennis van en inzicht in het functioneren van hoogbegaafde individuen alsook kennis van kenmerken van eerder vernoemde stoornissen. Een degelijke basisopleiding (bv. psychologie) is hiervoor een noodzakelijke vereiste.

Raakvlakken HB en anderen